In het zogenoemde “kerstavondarrest” heeft de Hoge Raad geoordeeld dat de sinds 2017 geldende box 3 regeling van de inkomstenbelasting voor de jaren 2017 en 2018 strijdig is met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Het arrest van de Hoge Raad dwingt het kabinet om het box 3 regime te herzien. Vanuit het parlement is aangedrongen op rechtsherstel voor alle belastingplichtigen. Het kabinet heeft vandaag – 15 april 2022 – een brief naar het Parlement gestuurd met de opties die voorliggen om rechtsherstel te bieden aan belastingplichtigen voor de periode 2017 tot en met 2022. Daarnaast worden in de brief de contouren geschetst van het nieuwe stelsel voor box 3.
Voor de periode 2017 tot en met 2022 stelt het kabinet voor om mensen automatisch rechtsherstel te bieden op basis van een nieuwe berekening. In de berekening wordt aangesloten bij de werkelijke verdeling van spaargeld en beleggingen van een belastingplichtige. Voor de aansluiting bij de daadwerkelijke vermogensmix worden een tweetal opties gegeven:
- Forfaitaire spaarvariant: in deze variant wordt uitgegaan van drie forfaits: (i) voor spaargeld wordt uitgegaan van de actuele spaarrente (rond de 0%), (ii) voor schulden wordt aangesloten bij de hypotheekrente, (iii) voor de overige bezittingen wordt – net als in het huidige box 3 stelsel – uitgegaan van het meerjarige gemiddelde rendement voor beleggingen.
- Forfaitaire variant voor alle vermogenscategorieën: inkomsten uit spaargeld, onroerende zaken, aandelen, obligaties etc. worden belast op basis van de gemiddelde rendementen voor deze categorieën in een jaar.
De vraag is of deze varianten voldoende recht doen aan de kern van het kerstavondarrest.
Voor de jaren 2021 en 2022 komen alle belastingplichtigen in aanmerking voor rechtsherstel, omdat de aanslagen voor deze jaren nog niet definitief zijn. Voor de belastingjaren 2017-2020 moet nog een besluit worden genomen of ook de niet-bezwaarmakers in aanmerking komen voor rechtsherstel.
Voor de jaren 2023 en 2024 is spoedwetgeving nodig en het kabinet stelt nu voor om deze spoedwetgeving te laten aansluiten bij de uiteindelijke vormgeving van het rechtsherstel voor de periode 2017 tot en met 2022.
Vanaf 2025 is het voornemen om een nieuwe stelsel voor box 3 in werking te laten treden. Hierbij wordt uitgegaan van een vermogensaanwasbelasting. Hierbij wordt jaarlijks belasting geheven over de reguliere inkomsten (rente, dividend, huur en pacht) en de ongerealiseerde waardeontwikkeling van vermogensbestanddelen (koerswinst of koersverlies op aandelen, waardestijging of waardedaling van onroerend goed). Hiermee wordt bewerkstelligd dat de waardeontwikkeling jaarlijks in de heffing wordt betrokken.
Het streven van het kabinet is dat rond begin mei de definitieve besluitvorming ten aanzien van het rechtsherstel plaatsvindt. Afhankelijk van de besluitvorming moet de keuze voor beleggen vanuit privé of beleggen in uw vennootschap mogelijk worden herzien. Wij houden u op de hoogte van de verdere ontwikkelingen. Mocht u vragen hebben wat bovenstaande voor gevolgen heeft voor uw persoonlijke situatie, neemt u dan gerust contact met ons op.